De muzikanten van Alkmaar Brass zijn er helemaal klaar voor. Al maanden zijn ze druk aan het repeteren voor de Nederlandse Brassband Kampioenschappen in Utrecht. Het is de eerste keer dat het Alkmaarse orkest meedoet. "Het niveau is echt heel hoog", vertelt dirigent Alexander Zwaan. "Je speelt niet voor je oma die het allemaal wel prima vindt."
Het is één van de laatste repetitieavonden voor de 25-koppige brassband. In een gymzaal in De Mare in Alkmaar probeert dirigent Alexander Zwaan uit Warmenhuizen nog even de laatste puntjes op de i te zetten. Het stuk Argos van Stephan Hodel is het werk dat alle brassbands in de vierde divisie voor de kiezen krijgen bij muziekgebouw TivoliVredenburg.
Bij een brassband speelt het orkest alleen op koperen blaasinstrumenten aangevuld met slagwerkers. De eerste brassbands zijn in Engeland al rond het jaar 1800 ontstaan. En sinds 1981 is er dus een Nederlands Kampioenschap. Een internationale jury beoordeelt de brassbands blind.
"De jury zit in een tent en ziet ons niet", vertelt Zwaan aan mediapartner NH Nieuws. "Ook wordt er geloot wie er mag beginnen. Alle bands spelen hetzelfde stuk. De jury en het publiek horen dat dus elf keer achter elkaar. Toch kun je je als band onderscheiden. Ik denk dat wij de afgelopen jaren ontzettend gegeroeid zijn en dat onze sound vooral erg goed is opgebouwd."
Het is de eerste keer in de 26-jarige geschiedenis van Alkmaar Brass dat het meedoet aan het NK. "De lat ligt erg hoog", vertelt Zwaan. "Eigenlijk wilden we vorig jaar al meedoen in verband met ons 25-jarige jubileum, maar dat ging toen niet door vanwege corona. We gaan natuurlijk voor de eerste plek, maar we moeten ook niet te veel verwachten. Er doen hele goeie, ervaren bands mee. Het is ook al mooi om op zo'n groot podium te staan. We gaan vooral genieten."