Kloeten. Het werd ooit veel gedaan in onder meer Langedijk, maar dat veranderde na de invoering van motoren en de uitgebreide aanleg van wegen. Vandaag de dag zijn er nog maar een paar mannen die vletten voortduwen met een lange stok. Jan Bruin is één van de laatste Kloeters: "Voordat de schuiten met motoren werden uitgevoerd, moesten de tuinders bij ons op Langedijk allemaal met een klein schuitje naar het land. En daar gebruikten ze dus een klein schuitje én die kloet voor, want anders konden ze er niet komen. Ik ben er mee begonnen toen ik tien was, en ben nu één van de laatsten die het nog doet. Het sterft uit."
Om deze traditionele vaarwijze aan het grote publiek te tonen, werken de Langedijker kloeters inmiddels samen met het Alkmaarse Kaasdragersgilde. Twee tradities ontmoeten elkaar op de kaasmarkt. Maar de eerste ontmoeting van de in het wit geklede kaasdragers uit de stad met de 'zwarte kraaien' van het platteland verliep stroef, herinnert Jan Bruin zich lachend: "Toen zeiden we al tegen elkaar: 'Ja dit moet toch anders'. Het hele zooitje hebben we uitgenodigd in de Broekerveiling en toen hebben we ze een middag aangeboden met een rondvaart, met een veiling en met een buffet, en drank. En toen was 't goed."
Dat beamen de kaasdragers: "We mogen ze graag hoor. Het gaat prima met die mannen", zegt Cees Koopman, bijgenaamd 'De Tolk'. Kaasvader Willem Borst valt hem bij: "Ik ben blij dat ze er zijn, en ik hoop dat ze altijd blijven."