Alkmaar, 27 mei 2014. De colleges van Alkmaar, Graft-De Rijp en Schermer hebben de concept voorjaarsnota 2015-2018 aan de drie gemeenteraden aangeboden. Met deze nota wordt een gezond financieel perspectief meegegeven aan de nieuwe gemeente, die op 1 januari 2015 ontstaat. Volgens de huidige ramingen zijn er de komende jaren tot 2017 geen nieuwe bezuinigingen nodig.
De drie gemeenten hebben de achterliggende jaren een solide financieel beleid gevoerd. De bezuinigingstaakstelling is geheel ingevuld, het weerstandsvermogen is verbeterd en de verhoging van de lokale lasten is zeer beperkt geweest. Alkmaar kan daarmee blijven behoren tot de gemeente met de laagste lokale lasten in de categorie grote gemeenten. Evengoed was het mogelijk om middelen te reserveren voor investeringen in de stad en op het land. Tot en met 2017 is het financieel perspectief sluitend. In 2018 wordt op dit moment een tekort geraamd van circa € 1,7 miljoen door een terugval in de Algemene Uitkering van het Rijk. In de loop van 2014 zal bekend worden of dit tekort zich daadwerkelijk voor gaat doen.
De stuurgroep fusie, waarin de drie colleges zijn vertegenwoordigd, hebben vijf wensen geformuleerd:
- Opstellen Buurt- en kernenbeleid
- Dienstverlening
- Toeristisch beleid en gemeentelijke Samenwerking Land van Leeghwater
- Cultuurbeleid
- Jeugd en Jongeren
In de voorjaarsnota zijn ook de eerste contouren geschetst van de financiële effecten van de decentralisaties op het gebied van Jeugd, Werk en Zorg. Naast dat dit de burger beter moet dienen, neemt de begroting hierdoor toe met ruim 52 miljoen euro. In het financieel kader is geen nieuw beleid opgenomen. Het is aan de nieuwe coalitie vanaf 2015 om hier politieke keuzes in te maken.
Op 5 juni wordt de voorjaarsnota toegelicht aan de drie gemeenteraden. De verdere behandeling vindt in juni plaats in de afzonderlijke raden. De financiële kaders vormen de basis voor de begroting 2015 die in het najaar gepresenteerd zal worden. De gefuseerde raad zal de begroting 2015 als gevolg van de herindeling in het 1e kwartaal 2015 vaststellen.
