Donderdag was het precies 50 jaar geleden dat voor het laatst een vaarveiling plaatsvond in De Langendijker Groentenveiling. Het was het einde van een tijdperk, maar ook het begin van een nieuw hoofdstuk. 's Werelds oudste groentedoorvaarveiling werd omgevormd tot Museum BroekerVeiling en is inmiddels een van de meest populaire toeristische attracties van de regio.
In 1887 ontstond de veiling bij de Bakkersbrug en het was Dirk Jongerling die als eerste veilde. Toen nog in de open lucht, op redelijk chaotische wijze en er werd vooral kool verhandeld. Door de jaren heen veranderde er veel. Er werd een tuinbouwcoöperatie opgericht en er kwam een overdekte steiger. In 1903 is de mechanische veilingklok in gebruik genomen en in 1912 werd de nieuwe veilingzaal feestelijk geopend. Tientallen jaren bloeide de coöperatie, maar in de jaren 60 kwam het einde langzaam in zicht door ruilverkaveling en de afname van vaartransport.
Op vrijdag 28 december 1973 viel officieel het doek. Het was kolenboer Martinus Zijp uit Zuid-Scharwoude die als laatste onder de grote veilingklok door voer met zijn net verhandelde groene kolen. Achterop hing zijn Nederlandse vlag halfstok en met zwarte wimpel. Er waren nog wel wat veilingen, maar niet meer per schuit. (tekst gaat door onder de foto)
Einde van een tijdperk: Zijp vaart met vlag halfstok en zwarte wimpel naar binnen.Betrokkenen vormden een stichting voor het behoud van het culturele erfgoed en ze haalden veel geld binnen om he veilinggebouw en de lighallen volledig te restaureren. Er was groot onderhoud nodig en de ruim 1.800 palen waren behoorlijk verrot. De restauratie gebeurde in fasen, maar door eerst het afmijnlokaal aan te pakken konden de deuren van het nieuwe museum in juni 1974 alweer open voor de eerste bezoekers.
Volgend jaar bestaat het museum dus 50 jaar en dat wordt op allerlei manieren gevierd gedurende het hele jaar. Met name in de eerste week van juni zijner feestelijke activiteiten, van een Proef! Festival en de officiële opening van de tijdelijke expositie Sloot, tot Koolinair en een dag dat het museum wordt gerund door kinderen.
