De Alkmaarse binnenstad is op zondagmorgen het terrein van de vogels en van een enkele wandelaar die vroeg is opgestaan. Maar op de eerste zondag in mei is dat traditiegetrouw anders. Dan trekt er door de binnenstad een plechtige stoet van kerkgebouw naar kerkgebouw - zo ook vandaag. Het is de Heilig Bloedprocessie, de herdenking van een wonderlijk voorval in 1429. Miswijn veranderde in bloed, zo vertelt het verhaal. Het bloed van Christus.
Daarmee is meteen wel duidelijk dat deze optocht een religieuze achtergrond heeft (zie kader hieronder). Toch is het voor Alkmaarders meer dan alleen een christelijk feest. De Heilig Bloedprocessie is ook een Alkmaarse traditie, een ritueel dat past bij een stad die haar oorsprong heeft in de middeleeuwen. En, dat wordt evenmin vergeten, de processie is ook een traditie die lang verboden is geweest, in een tijd dat de vrijheid van godsdienst nog niet gold en katholieken gediscrimineerd werden. "Het processieverbod gold tot ver in de 20e eeuw," vertelt theologe Liesbeth van Gool aan Alkmaar Centraal. "We vieren in onze stad nu 450 jaar vrijheid, 450 jaar Alkmaars Ontzet. Heel mooi, maar laten we niet vergeten dat daar wel een paar eeuwen van onvrijheid tussen zaten."
De Heilig Bloedprocessie ging vanmorgen zingend van de Grote Kerk naar de Sint-Laurentiuskerk aan het Verdronkenoord. De Grote Kerk was in 1429 de plek waar het Mirakel plaatsvond. Voor wie historisch precies wil zijn: het wonder moet hebben plaatsgevonden in de kerk die hier vóór de huidige kerk stond, want de Grote Kerk werd gebouwd rond 1500. In elk geval was de Grote Kerk in die dagen nog een katholieke kerk. Tegenwoordig gaan Alkmaarse katholieken echter niet hier, maar aan het Verdronkenoord naar de kerk, dus daar wordt het beeldje dat het magische stukje stof vasthoudt naartoe gedragen.
Na de processie, die om 10:45 vertrok, volgde de zondagsmis om 11:15. Volgend jaar zal de Heilig Bloedprocessie plaatsvinden op zondag 5 mei.
Mirakel van het Heilig Bloed
Op 1 mei 1492 werd er in Alkmaar wijn gemorst. Niet zomaar wijn, maar miswijn. Dat is de wijn die tijdens de katholieke 'eucharistieviering' wordt geschonken. Deze wijn symboliseert het bloed van Christus, zoals de bekende hostie het lichaam van Christus symboliseert. En met die wijn morsen, dat is heel erg.
De wijn belandde op de kleding van priester Folkert. Die was al nerveus, want hij was nog maar net tot priester gewijd. Mogelijk was hij daarom slordig geweest met de wijn. Maar ook zijn geweten was niet zuiver, want als soldaat had hij mensen gedood, iets wat hij tijdens zijn opleiding tot priester had verzwegen. En dan nu het Bloed van Christus morsen... De stof met de gemorste wijn werd weggebracht en in brand gestoken.
Toen het vuur gedoofd was, ontdekten de priesters dat er echte druppels bloed lagen op de plek waar het lapje stof had gelegen. Het bloed en de resterende stof werden zorgvuldig verborgen, maar niet vergeten. Enkele jaren later meldden zich schipbreukelingen in Alkmaar, die meenden dat ze hun miraculeuze redding hadden te danken aan het bloedwonder van Alkmaar. Toen kon het Mirakel van het Heilig Bloed niet langer verborgen blijven.
Het lapje stof met het 'bloed van Christus' wordt nog altijd bewaard in de Laurentiuskerk in Alkmaar.