Een eigen auto voor de deur zal in de toekomst niet langer vanzelfsprekend zijn in het vernieuwde Stadshart en het Stationsgebied van Heerhugowaard. Dat kan geconcludeerd worden uit de Parkeerstrategie Stadshart en Stationsgebied, die het college van burgemeester en wethouders heeft voorgelegd aan de raadscommissie Stad & Ruimte. Eerder was het faciliteren van autobezit het beleid in Heerhugowaard, maar door de verkeersdruk in het centrum zal daar lopen, fietsen en openbaar- of deelvervoer meer moeten worden gestimuleerd worden. Anders gaan de vele auto’s in dit gebied voor problemen zorgen.
In het Stadshart en rond het stationsgebied zitten nog vele appartementencomplexen in de planning, goed voor honderden woningen. Als al deze bewoners de voorkeur geven aan een auto als vervoermiddel, komt de leefbaarheid en de bereikbaarheid in het gedrang. De openbare ruimte moet volgens het college niet hoofdzakelijk worden ingevuld door parkeerplaatsen. Het college wijst erop dat er ook ruimte moet blijven voor openbaar groen en speelruimte voor kinderen.
Minder parkeerplaatsen betekent niet automatisch dat bewoners zullen afzien van de aanschaf van een auto. Bij een tekort aan parkeerplaatsen zullen bewoners in nabijgelegen wijken gaan parkeren, of groenstroken uitkiezen om hun auto achter te laten. Die parkeeroverlast wil het college zien te voorkomen. Volgens het college is een eigen auto voor de deur niet meer vanzelfsprekend. Daarom wordt het de taak van de gemeente om de fiets, het OV en deelvervoer te promoten. Ontwikkelaars van de nieuwe wooncomplexen hoeven zelf minder parkeerplaatsen te realiseren als ze deelauto’s beschikbaar stellen voor de bewoners.
Het college wil bovendien dubbelgebruik van bestaande parkeervoorzieningen benutten en stimuleren. Pull-’ én ’push-’maatregelen moeten ervoor zorgen dat de juiste parkeerder op de juiste plaats komt. Tarieven en vergunningen zijn de instrumenten die het gewenste gedrag van de bewoners in het stadshart kunnen beïnvloeden.
Als dit niet helpt om het autobezit te ontmoedigen, dan moeten alsnog parkeerterreinen of parkeergarages worden gebouwd. Wel hanteert het college als uitgangspunt dat de rekening voor parkeren wordt betaald door de gebruiker. Het college wil de kosten vooral verdelen over ontwikkelaars, toekomstige eigenaren, huurders en bezoekers.
De parkeerstrategie staat op 31 augustus op de agenda van de commissie Stad & Ruimte.