Het Openbaar Ministerie eist drie jaar cel, waarvan een jaar voorwaardelijk, tegen een 42-jarige Alkmaarder. Hij wordt beschuldigd van poging tot verkrachting en mishandeling van zijn toenmalige vriendin. Dat zou in 2013 in Grootebroek zijn gebeurd, meldt HBP Media. Daarnaast staat hij terecht voor het verkrachten van een vrouw in Zaandam in 2016 tijdens SM-seks, voor een gewelddadige winkeldiefstal, stalking en vernieling.
"De verdachte heeft het vertrouwen van deze vrouwen schromelijk geschonden, was gewelddadig en manipulatief", zei de officier. Ook een andere ex-vriendin deed aangifte van verkrachting. Maar het OM kon voor deze zaak onvoldoende bewijs vinden om de Alkmaarder te vervolgen. "Het ging allemaal met wederzijdse toestemming. Het hoorde bij de SM. Ik heb niets misdaan en mezelf altijd onder controle", zei de Alkmaarder tijdens de zitting.
Andere vrouwen klopten ook bij de politie aan met verhalen dat de man gewelddadig was tijdens seks. Die meldingen leidden niet tot bewijsbare zaken, maar kleurden volgens de Officier van Justitie wel het beeld van een man die ver over grenzen van vrouwen heen gaat. "Dat heeft niets meer met SM te maken", zei de aanklager bij beelden die waren gemaakt van de seks met de Zaandamse: "De verdachte drukt gewoon zijn zin door, terwijl het slachtoffer aangeeft dat ze niet meer wil." Volgens een psycholoog is de man een narcist en hyperseksueel.
Een ex-vriendin die elf jaar een relatie met hem had gehad, noemde hem 'manipulatief en dominant'. Zij en de twee andere vrouwen vertelden de rechtbank dat ze ernstig getraumatiseerd zijn. "Hij heeft mijn leven kapot gemaakt." Ze zochten alle drie psychologische hulp voor hun post-traumatisch stress syndroom. Ze vroegen om duizenden euro’s smartengeld.
De man had volgens justitie zijn ex in Grootebroek gestalkt en een raam van haar huis vernield. Het stalken bekende de Alkmaarder: "Dat had niet de schoonheidsprijs." Bovendien zou hij in die plaats bij de Albert Heijn een gewelddadige winkeldiefstal hebben gepleegd. Voor deze feiten vroeg het OM nog eens vier maanden voorwaardelijke celstraf.
De advocaat van de man bepleitte vrijspraak voor het grootste deel van de feiten, omdat er volgens hem geen sprake was geweest van verkrachting of een poging daartoe.
