Eind 2014 is het Beatles Museum verhuisd van Kanaalkade 21a naar winkelcentrum Overstad. Eigenaar Azing Moltmaker was echter te laat met het opzeggen van het huurcontract voor vijf jaar, waardoor hij gedwongen was het pand aan de Kanaalkade te blijven huren.
Moltmaker werd in het ongelijk gesteld toen hij protesteerde tegen deze huurverlenging en zou een dwangsom van 250 euro per dag moeten betalen. Om toch profijt te hebben van het pand aan de Kanaalkade opende hij er een nevenvestiging, Collector’s Paradise.
Hij wil deze winkel alleen op afspraak open houden omdat hij zijn handen vol heeft aan het Beatlesmuseum en niet genoeg verdient om iemand in dienst te nemen die Collector’s Paradise de hele dag kan bemannen. Naast Collector’s Paradise is een kinderkledingwinkel gevestigd waarvan huurbaas Hermes eigenaar is. Doordat Collector’s Paradise niet regelmatig open is zouden er ook minder mensen langs de kledingzaak lopen, waardoor Hermes inkomsten misloopt.
Moltmaker weigerde de dwangsom te betalen. Toen in reactie daarop beslag werd gelegd op zijn vermogen spande hij een kort geding aan. De voorzieningenrechter oordeelde dat nergens vastgesteld is wat de openingstijden moeten zijn en dat Moltmaker dus niet niet verplicht is om reguliere openingstijden aan te houden.