Ook al was Carla Kassing- Stoutjesdijk niet verantwoordelijk voor de daden van haar vader, zo heeft ze zichzelf soms wel gevoeld. Na tientallen jaren durft de inmiddels 87-jarige te zeggen dat haar vader een overtuigd NSB'er was. Ze werkte zelfs mee aan een boek over zijn leven. Maar over het oorlogsverleden praten went nooit helemaal. "Ik schaam me er soms nog steeds voor."
Tijdens Dodenherdenking gaan de gedachten uit naar slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog en conflicten en vredesmissies na die tijd. Op Bevrijdingsdag vieren we de vrijheid. Het zijn dagen waarop de 87-jarige Carla Kassing- Stoutjesdijk nog even extra terugdenkt aan haar vader en zijn rol in de Tweede Wereldoorlog. Al vanaf 1933 was Dirk Stoutjesdijk lid van de NSB. De partij van Anton Mussert beleeft in 1935 hoogtijdagen en haalt zo'n acht procent van de stemmen. Echt groot was de partij dus niet, maar wanneer de Tweede Wereldoorlog uitbreekt ziet Mussert zijn kans schoon. Hij werpt zich op als vertegenwoordiger van het Nederlandse volk en ziet een Groot Nederland (Nederland en België samen, red.) binnen het Duitse Rijk voor zich.
Carla beleeft haar jongste jaren met ouders Dirk en Louise en zus Henny in Heemstede. Ondertussen maakt Dirk carrière binnen de partij. In 1943 wordt hij burgemeester van Langedijk. "Ik heb geen slechte tijd gehad in het dorp. Mijn zus en ik wisten wel dat er oorlog was, maar we konden wel een redelijk normaal leven leiden."
Totdat de oorlog ten einde komt. Want dan worden Dirk en Louise opgepakt vanwege hun NSB-lidmaatschap. Carla en zus Henny komen terecht op een internaat in Bergen. "Onze ouders zijn gescheiden en moeder is gerehabiliteerd. Ze heeft daarna op een kamer gewoond en is later hertrouwd." Haar vader kreeg na de oorlog een gevangenisstraf van negen jaar. "Maar na vijf jaar werd hij vrijgelaten vanwege zijn gezondheid." Dirk trouwde met een andere vrouw en overleed in 1955 op 60-jarige leeftijd. "Ik heb nog een aantal jaar bij hun gewoond, maar ik vond ze erg streng."
Over haar vader zwijgt Carla jarenlang. Ze wil zo min mogelijk te maken hebben met zijn oorlogsverleden. "De schaamte was enorm groot. De keuzes van mijn vader waren niet mijn keuzes, maar ik wilde er niet op aangekeken worden."
En dan is daar opeens een documentaire over NSB'ers die na de oorlog in Kamp Westerbork zaten. Carla kijkt ademloos naar de televisie en neemt contact op met de Stichting Werkgroep Herkenning, een organisatie die hulp biedt aan mensen met 'foute' voorouders. Zij verwijzen haar door naar publicist Harry Vogels. Samen besluiten ze dat er een boek moet komen over burgemeester Stoutjesdijk en zijn gezin. 'Dossier Dirk' werd vorige maand gepresenteerd in De Binding in Zuid-Scharwoude.
"Ik ben niet trots op wat er allemaal is gebeurd. Het valt niet goed te praten en ik kan het ook niet veranderen. Het is zoals het is."
Vanwege de archiefwet worden de komende jaren meer en meer archiefstukken over collaborateurs en hun familieleden geopenbaard. De dossiers geven onder meer duidelijkheid over strafzaken, maar ook wordt de situatie van kinderen van NSB-leden beschreven. Na de oorlog kwamen ze veelal in tehuizen, gastgezinnen en interneringskampen geplaatst. Hun ouders zagen ze soms jarenlang niet. "De stukken laten zien dat na de oorlog enorm geleurd is met de kinderen", zei onderzoeker Marilou Nillesen van het Brabants Historisch Informatie Centrum recent hierover tegen EenVandaag. "Ze zaten met de handen in het haar."