Een jaar geleden kwam het in Noord-Holland met bakken uit de hemel. Veel boeren zagen hun land onder water lopen. Volgens de LTO was de schade te wijten aan de slechte communicatie en het niet tijdig opschalen door het Hoogheemraadschap. Nu ligt er een 134 pagina tellend evaluatierapport van het Hoogheemraadschap met als belangrijkste conclusie dat de schade niet te voorkomen was. Hoe kijkt LTO Noord bestuurder Kees Stoop naar dat rapport?
De belangrijkste conclusie uit het evaluatierapport, dat werd gemaakt door het Hoogheemraadschap en twee externe partijen, is dat schade niet voorkomen had kunnen worden. Volgens het Hoogheemraadschap kunnen grote hoeveelheden neerslag, zoals vorig jaar in Alkmaar en West-Friesland vielen, nou eenmaal niet gemanaged worden zonder schade of overlast.
Deze conclusie is 'tegen het zere been' van Kees Stoop, bestuursvoorzitter van LTO Noord. Hoewel er verschillende gesprekken zijn gevoerd met het Hoogheemraadschap om de lucht te klaren, is Stoop nog steeds van mening dat de schade beperkt was gebleven als er tijdig was opgeschaald. "Ik keek die vrijdag uit het raam; het was pikzwart en je hoeft niet doorgestudeerd te hebben om te weten dat er gelijk opgeschaald moest worden."
Het Hoogheemraadschap vindt daarentegen dat 'er niet werd opgeschaald omdat de situatie gaandeweg meer onder controle kwam'. Kees Stoop kan daar kort en bondig over zijn: hoewel de schade niet volledig voorkomen had kunnen worden was de schade een stuk minder geweest als er meer rayon-beheerders in het gebied aanwezig waren geweest. Het Hoogheemraadschap erkent in het rapport wel dat zij 'niet voldoende aanspreekbaar, zichtbaar en bereikbaar' was. Volgens Stoop is dit terecht en had goede communicatie er ook voor kunnen zorgen dat 'de emotie minder hoog zat.'
Na een aantal 'stevige gesprekken' over het evaluatierapport heeft de LTO er 'een streep onder gezet'. Het besef dat beide partijen in de toekomst moeten samenwerken is ingedaald en de LTO heeft 'het zuur' achter zich gelaten. Stoop ziet de toekomst dan ook 'zonnig' in. Het besef dat we vaker met extreme weersomstandigheden te maken krijgen moet zich nu vertalen in een helder plan van aanpak, vindt Stoop. "Om toekomstige calamiteiten in goede banen te kunnen leiden moet er op tijd opgeschaald kunnen worden, moet het systeem op orde zijn, moeten de sloten schoon zijn en moeten we weten waar de pompen staan."
Een aantal boeren wilt het risico niet meer nemen en heeft alvast het heft in eigen handen genomen. Sommigen houden hun bodem zelf op peil of hebben een pomp gekocht. Volgens Stoop is het belangrijk dat het Hoogheemraadschap hier de regie in neemt. "Want agrariërs kennende gaan die bij regenval gewoon pompen. Dan moet je maar hopen dat ze de goede kant op pompen en niet de buren onder water zetten."
Het Hoogheemraadschap sluit zich hierbij aan. "We moeten het samen doen. Veel boeren hebben bijvoorbeeld pompen die nuttig kunnen zijn. Maar dan is het goed dat wij de regie houden", aldus Klazien Hartog, bestuurder bij Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier tegen mediapartner NH Nieuws.
Uiteindelijk kijkt Stoop toch met een goed gevoel terug op de evaluatieperiode. "Het Hoogheemraadschap doet hun best en wij doen ons best. Iedereen maakt fouten. Over het algemeen verloopt de samenwerking ook prima maar dit was gewoon een grote misser." Zo wordt 'het zuur' wel achter gelaten maar blijft de LTO het oneens met de belangrijkste conclusie uit het rapport.