Kunstenaars Harry van den Berg en Henk Padt moeten 5 juli waarschijnlijk hun tijdelijke atelier na zestien jaar verlaten. Een plan B hebben ze nog niet. "Met weemoed en dankbaarheid kijken wij terug op deze locatie", aldus de 69-jarige Harry. De kunstenaars zijn al op leeftijd en dit zou wel eens een verplicht pensioen voor ze kunnen betekenen.
Het atelier bevindt zich in een oude boerderij op bedrijventerrein Boekelermeer in Alkmaar. Nu de bebouwing oprukt en steeds meer bedrijven daarheen verhuizen, valt het doek voor het atelier van de kunstenaars. "Wat een perfecte plek was het", zegt Henk (74). Harry zit er iets korter maar is ook verliefd op het atelier. "Als wij er straks uit moeten gaan we niet moeilijk doen, al ben ik er wel bang voor dat het dan nog twee jaar leeg staat", aldus Harry.
Harry en Henk zijn niet de enige kunstenaars in het atelier, ook Bram Bus maakt zijn werken daar. Hij heeft al afscheid genomen, het is voor hem niet meer mogelijk om zich in het atelier te focussen. "Ik ga hier niet met mijn kop in het zand nog lopen schilderen", vertelt Bram tegen mediapartner NH Nieuws. Hij heeft op dit moment al zijn spullen al weggehaald. De twee overgebleven kunstenaars werken nog wel volop door en hopen langer te mogen blijven. "Wij hopen nog op een verlenging, iets nieuws vinden is in deze tijd bijna onmogelijk", verklaart Harry. Hij geeft wel aan dat hij begrijpt dat ze weg moeten.
Kunstenaar Henk is iets bozer over het verplichte vertrek. "Ik wil nog niet met pensioen, een gedwongen pensioen is nooit leuk." Zestien jaar geleden is hij het atelier ingetrokken. Hij is ontzettend blij met de plek en de goedkope prijs. "Tegenwoordig gaat het allemaal om geld en investeren overheden niet meer in kunst." Hij baalt ervan dat er geen goedkope ateliers rond om Alkmaar zijn. “Volgens mij staat er genoeg leeg, door bureaucratie wordt het niet gebruikt. Dit is niet alleen nadelig voor ons maar voor ook voor andere groepen mensen," roept Harry.
Harry is het met Henk eens. "Anti-kraak wordt vaak vervangen door een bedrijf dat een camera neerzet. Een levende kunstenaar krijgt geen ruimte", aldus Harry. Volgens hem is dat een van de redenen waarom het voor hun nu zo moeilijk is. "Vroeger was alles makkelijker en was er een stuk minder regelgeving. Je kon nog wat regelen met iemand bij de overheid. Tegenwoordig kan dat echt niet meer, overal is een regel voor en daar moet aan gehouden worden."
Harry en Henk vinden dat Nederland op deze manier een groot aangeharkt park wordt. "Ruimte voor rafelranden rondom een stad zijn er niet meer", aldus Harry. Door dit gemis worden de kansen voor de creatieve jeugd ook minder, denkt hij. "Ik kom uit de jaren '60/'70, toen was er nog ruimte om je creatief te ontwikkelen, nu is dat bijna allemaal weg", zegt Henk. De twee kunstenaars zijn het er wel over eens dat het creatieve bloed kruipt waar het niet gaan kan. "Uiteindelijk vindt de jeugd wel een geitenpaadje" aldus Harry.
5 juli is de laatste dag in hun atelier. Er bestaat nog een mogelijkheid dat de gemeente het contract verlengt. Beide kunstenaars hopen daarop, ook al begrijpen ze dat het mogelijk niet lukt. "Als een bedrijf dit kavel heeft gekocht is het logisch dat we weg moeten", snapt Harry. Als ze weg moeten weet Henk niet waar zijn spullen naartoe moeten. "Ik schilder vooral grote doeken, dus ze moeten misschien maar de container in. Of allemaal verkocht worden," lacht hij.