De totale schade na de aanvaring van een schip tegen de Rekervlotbrug in februari loopt op tot een miljoen euro. Dat is inclusief alle bijkomende kosten zoals het tijdelijke pontje. Dat meldt de provincie Noord-Holland. De Rekervlotbrug kon na een reparatie van acht maanden deze week weer in gebruik worden genomen. Met de verzekeringsmaatschappij van het schip wordt nog steeds onderhandeld over een vergoeding van alle schade.
De verzekeringskwestie in dus nog steeds in behandeling, zo licht een woordvoerder van de provincie desgevraagd toe aan Duinstreek Centraal. Experts zijn in gesprek met de verzekeraar van het schip om de hoogte van de schadeuitkering te bepalen. Dat is nu nog niet bekend. Er is discussie over welk deel van de totale kosten toegerekend moet worden aan de verzekeraar van het schip. Er is daardoor nog geen overeenstemming over de hoogte van de schadevergoeding die de provincie krijgt uitgekeerd.
De provincie is eigenaar van het Noordhollandsch Kanaal en de oeververbinding. De nieuwe vlotbrug werd in 2012 officieel geopend. De aanleg kostte 8,6 miljoen euro. De brug werd jaren later opgeleverd dan gepland door constructieproblemen tijdens de bouw. Daarna was de brug voortdurend buiten gebruik door technische mankementen. Zelfs een extra budget van 650.000 euro voor herstelwerkzaamheden was al snel volledig besteed. Op 8 februari maakte een schipper een stuurfout en voer tegen de vlotbrug aan.
Door alle problemen staat de brug bekend als ’de flopbrug’, ’de duurste duikplank van Nederland’ en ’de brug der zuchten’. Fietsers tussen Bergen en Alkmaar-Noord moesten voor de zoveelste keer wekenlang omfietsen via Schoorldam of de Koedijkervlotbrug en de Kogendijk, totdat in april overdag een tijdelijk pontje ging varen op werkdagen.
