Een ontstekingsremmend medicijn dat al eeuwen wordt gebruikt voor jicht, blijkt nieuwe hart- en vaatziekten te kunnen voorkomen bij patiënten die ooit een hartinfarct hebben gehad of last hebben van vernauwde kransslagaders. Een lage dosis Colchicine verlaagt de kans met 30 procent. Jan Hein Cornel, bijzonder hoogleraar en cardioloog bij Noordwest Ziekenhuisgroep, was initiatiefnemer, projectleider en penvoerder bij het belangrijke onderzoek.
De LoDoCo2 onderzoekers presenteerden de opmerkelijke ontdekking maandag op het virtuele Congres van de European Society of Cardiology (ESC) in Amsterdam en in het toptijdschrift The New England Journal of Medicine. Dit liet Noordwest donderdag weten.
In Nederland leven zo'n 1,55 miljoen mensen met een chronische hart- of vaatziekte en velen van hen hebben ooit een hartinfarct doorgemaakt. Elk jaar komen ongeveer 34.000 mensen in ons land in het ziekenhuis terecht met een hartinfarct.
Op initiatief van Cornel onderzochten cardiologen uit Nederland en Australië het effect van Colchicine bij 5.500 patiënten die eerder een hartinfarct hadden doorgemaakt, of last hadden van vernauwde kransslagaders. De patiënten deden gemiddeld 3 jaar mee aan het onderzoek. De helft kreeg elke dag 0,5 mg Colchicine, de rest een placebo. Er traden minder (dodelijke) hartinfarcten op in de met ontstekingsremmer behandelde groep en er was minder vaak een dotteroperatie nodig. De mensen die Colchicine ontvingen hadden niet meer bijwerkingen dan de mensen die de placebo kregen.
