Ondanks dat er door het hele landmarkten gesloten zijn, besloot de veiligheidsregio Noord-Holland-Noord om de markten open te houden. Om te zien hoe de marktkramers en bezoekers zich houden aan de richtlijnen en regels, nu de cijfers over besmettingen en ziekenhuisopnames gunstiger lijken, bezocht Alkmaar Centraal de zaterdagmarkt in de binnenstad. Wat we aantroffen deed vooral denken aan de tijd dat iedereen bij het woord ‘Corona’ nog dacht aan een Mexicaans biertje.
Om de markt veilig te houden heeft de gemeente een aantal regels opgesteld waar de marktkramers en de bezoekers van de markt zich aan moeten houden. Zo is de markt in drie segmenten verdeeld (Waagplein, Gedempte Nieuwesloot en Kerkplein), en per segment mogen er maar honderd mensen zijn, marktkooplui meegerekend. Om er op toe te zien dat deze regels ook echt nageleefd worden, moeten de marktkramers zelf toezichthouders leveren.
Volgens marktmanager Ronny Prins hebben de marktkooplui zelf ook een aantal maatregelen genomen. “We hebben bedacht om meer ruimte tussen de kraampjes te houden, zodat bezoekers makkelijk weg kunnen wanneer het te druk wordt. Ook hebben we overal de huisregels opgeplakt, zoals het houden van anderhalve meter afstand. Met lint en pijlen op de grond geven we aan waar mensen moeten staan.”
Op het Waagplein is inderdaad te zien dat er veel ruimte tussen de karren is geplaatst. De linten en pijlen sieren het plein waar slechts een handjevol bezoekers is. Er hangt een ontspannen sfeer. Hoe anders is dat op de Gedempte Nieuwesloot. Het is hier druk. Drukker dan je zou verwachten voor een stad in een land waar de beperkende maatregelen nog steeds gelden. In je eentje boodschappen doen is er hier niet bij. Een vrouw met blond geverfd haar loopt met haar man en drie kinderen de markt op terwijl ze roept: “Kijk hoe druk, dit kan echt niet!”
Groepjes ouderen lopen voorbij en spelende kinderen rennen tussen de kramen door. Mensen lopen langs elkaar heen alsof iedereen spontaan vergeten is dat er anderhalve meter afstand gehouden moet worden. Een groepje mannen schudt elkaar de hand. Twee Duitse toeristen schuifelen langs. Het is duidelijk dat de meeste mensen op de markt de voorschriften van het RIVM niet meer zo serieus nemen. Aletta (64) en Nel (73) zijn ook geschrokken van hoe druk het is in de stad. “We komen net aangelopen uit een ander straatje maar we wilden meteen weer omkeren. We geven toe: we doen er zelf ook aan mee, maar we gaan nu gauw weer naar huis!”
Op de vraag waar de toezichthouders zijn blijven de marktkramers het antwoord schuldig. “Vorige week waren ze er wel, maar ik heb ze nog niet gezien terwijl het nu wel een stuk drukker is.” Een van de andere regels op de markt is dat er niet op het terrein van de markt gegeten mag worden. Daar zouden de toezichthouders op letten, volgens Ronny Prins. Toch staan of zitten overal mensen met bakjes patat, loempia’s, stroopwafels of ander voedsel. De toezichthouders zijn nergens te bekennen. Meeuwen die op het afval afkomen zijn er daarentegen genoeg.