Lokale politieke partijen hebben een achterstand ten opzichte van landelijke partijen en dat uit zich in vier knelpunten: minder geld, minder kennis, minder aandacht en een achterblijvend aantal burgemeestersbenoemingen. Dat concludeert het Expertiseteam lokale politieke partijen op de website van Binnenlands Bestuur. Wethouders de Waardse lokale partijen John Does van HOP en Annette Valent-Groot van Senioren Dijk & Waard beamen dit.
Met minder geld neemt HOP genoegen. "Wij kunnen ons prima redden, met de bijdragen die alle raadsleden in de partijkas storten. Ik vind trouwens dat alle subsidie moet worden afgeschaft, ook voor de landelijke partijen", aldus Does. Senioren D&W berust zich volgens Valent in zijn lot: "Ik was hiervoor verbonden aan de PvdA, dus ik weet dat een landelijke partij veel te besteden heeft. Lokaal krijgen zij geld uit de landelijke partij. Zij kunnen bijvoorbeeld campagnemateriaal groot inkopen".
Een tekort aan kennis ervaart John Does niet: "Ik ga regelmatig naar congressen, bijvoorbeeld over jeugdzorg of ruimtelijke ordening, zonder politiek kleurtje. Ook heb ik contact met Kamerleden en ministers, ook al zijn ze niet van mijn partij". Valent daarentegen vindt het wel moeilijk om aan kennis te komen: "Landelijke partijen hebben geld om cursussen en bijeenkomsten te organiseren, wij niet".
Beide partijen vinden dat ze genoeg hebben aan de lokale aandacht. De HOP-wethouder: "Ik stoor me wel aan de landelijke coryfeeën die naar voren worden geschoven bij lokale verkiezingen. Je kunt de burger beter laten zien op wie zij kunnen stemmen".
Dat er te weinig burgemeesters met lokale roots zijn, daar zijn beide wethouders het over eens. Annette Valent: "Ik weet dat Maastricht een burgemeester heeft met een lokale achtergrond. Gezien het grote aantal raadszetels dat de lokalen innemen zouden er wel meer lokale burgemeesters mogen zijn."
