Na het instorten van een deel van het AZ-stadiondak, in augustus vorig jaar, is er druk overleg geweest tussen het ministerie van Binnenlandse Zaken, Justitie en Veiligheid, de KNVB, voetbalclubs en betrokken gemeenten. De belangrijkste vraag tijdens de gesprekken: wie is verantwoordelijk voor de veiligheid van de constructie van het stadion.
Burgemeester Bruinooge plaatste elk jaar zijn handtekening onder de Veiligheidsverklaring, zonder dat de gemeente zelf onderzocht had of het stadion wel echt veilig was. Niet zo vreemd, want de gemeente mag zelf niet keuren, dat werd alleen gedaan bij de aanvraag van de bouwvergunning in 2006. Bruinooge zette dus, net als veel andere burgemeesters, zijn handtekening in de overtuiging dat als de constructie in 2006 veilig was, dat nu nog steeds zo zou zijn.
In de Woningwet staat dat de eigenaar van het stadion de veiligheid moet waarborgen. Dat kan de gemeente of een derde partij zijn, maar in Alkmaar is dat AZ. De veiligheid van de constructie is nu uit de Veiligheidsverklaring gehaald, er staan nu alleen nog zaken als bijvoorbeeld veilige vluchtwegen in.
