Tegen de tijd dat u dit leest is de wereld wellicht al vergaan. En anders kan het niet lang meer duren. Vrijdag is het eindelijk zo ver: het lang aangekondigde Einde Der Tijden!
Hoe het allemaal in zijn werk zal gaan is onbekend, maar er zijn een aantal opties; We worden door een grote meteoriet geraakt. Een lichtflits, een vuurbal en poef, we zijn geschiedenis. Stof zijn wij. En tot stof zullen we wederkeren. Of, onze aardkloot verdwijnt in een spontaan optredend zwart gat. Of, door de ontploffing van een vulkaan, ergens op de planeet, draaien de Zuid- en Noordpool ineens helemaal om. Of er komt ineens een intelligente levensvorm vanuit de diepste krochten van het heelal naar onze planeet om ons te vernietigen. Hoe het ook zal gebeuren, lollig wordt het niet. Armageddon is geen feestje.
Natuurlijk heb ik in mijn hoofd allerlei scenario’s van mijn eigen handelingen tijdens ‘the finest hour’ van de mensheid. Je kunt maar beter voorbereid zijn, nietwaar? Een beetje zoals in de jaren ‘80, toen ik er heilig van overtuigd was dat de mensheid binnenkort zou sterven door De Bom. Ook toen had ik plannen voor ‘het geval dat’. Die behelsde meestal: welk meisje zoek ik op, wat ga ik met dat meisje doen en hoeveel tijd heb ik nodig om bij dat meisje te komen. Vreemd genoeg dacht ik dat, als de Russen en de Amerikanen eenmaal slaags geraakt waren op slagveld Europa, geen meisje mijn avances zou weigeren. Zalig zijn de naïevelingen.
Ik rekende op een halve dag voordat Nederland in 1 groot nucleair hellevuur verdwenen zou zijn. In die halve dag moest het allemaal gebeuren. De meisjes van mijn begeerte moesten dus wel een beetje in de buurt wonen.
Toen was het nog eenvoudig: ik wist in ieder geval in welke hoedanigheid het armageddon zich aan zou kondigen; Het luchtalarm zou het startsignaal zijn tot mijn hedonisch festijn, een hoogmis van de lust. Met een voldane glimlach rond mijn lippen zou ik daarna kijken naar de gloeiende nucleaire paddestoelen die zich rondom verheven. De oranje gloed zou grimmig scherpe schaduwen werpen, ik zou slechts nagloeien van mijn hartstochtelijke avonturen in het voorportaal van de hel. De vuurstorm en de straling zouden een eind maken aan elke vorm van leven. Alsof dat me nu iets kon schelen.
Maar zo eenvoudig ligt het tegenwoordig allemaal niet. We weten niet van welke kant we het gevaar kunnen verwachten. Of hoe laat. En; is het in 1 klap over, of hebben we nog tijd? Daarom heb ik ook maar geen plannen gemaakt ditmaal. Het is gewoon weg niet te doen. Zolang niemand ons kan vertellen welk onheil ons treffen zal hebben plannen geen zin.
Niet dat ik het niet geprobeerd heb: Bijna wanhopig heb ik me verdiept in de mogelijke scenario’s van onze Laatste Dag. Verdorie, de meeste theorieën blijken makkelijk te weerleggen. Kometen zien we al van verre aankomen, vulkanen worden gemonitord, zwarte gaten ontstaan niet zomaar ineens vanuit het niets (sterker nog: zwarte gaten zijn het Grote Niets). Blijft over: een intelligente levensvorm komt naar de aarde en… tja, en dan?
Door alle sciencefiction films weten we al precies hoe ze eruit zien, onze buitenaardse bedreigers. Enge groene mannetjes met grote, enge ogen in vliegende schotels. UFO’s naderen de aarde…maar wacht, UFO’s had de NASA natuurlijk allang aan zien komen, en in deze tijd van klokkenluiders was dat nieuws allang via het internet tot ons doorgedrongen.
En dan ineens heb ik het door: Stel nu eens dat die buitenaardse levensvorm gewoon veel kleiner is dan wij? Een paar millimeter…of nog kleiner. Zandkorrels. Sterrenstof. Minuscule deeltjes met daartussen minuscule vliegende schoteltjes. In die vliegende schoteltjes nog veel kleinere monstertjes. Miljoenen wezentjes met een lichaamslengte van een paar picometer nemen langzaam maar zeker de aarde over. Ze zitten in de lucht die we ademen, het water dat we drinken. Ze zitten in mij. Ze zitten in u. En dan, ineens, op die ene, door de Maya’s lang aangekondigde dag, doen ze het licht uit. Gewoon, omdat ze dat wel lollig lijkt. Poef, einde mensheid.
Ik geef toe: het is niet zo’n spectaculair Einde Der Tijden. En ik had me Armageddon ook met veel meer hel en verdoemenis voorgesteld. Maar ja, we hebben het niet voor het uitkiezen. Daarom wens ik u een voorspoedige eindtijd. En tot volgend jaar.