Ze vertelde mij het verhaal en natuurlijk ook waarom er een aanleiding was tot zoveel vreugde bij haar baas. Er was een boek dat waanzinnig liep en nu een recordhoogte in de verkoopcijfers had bereikt. Reden om bij stil te staan, want uitgevers hebben niet altijd zo'n succes in hun oplages. Ze zal me de titel van het boek wel verteld hebben, maar wat me bij is gebleven is de vage beschrijving van het boek- iets met seks- en het feit dat haar gerenommeerde uitgever een boek uitgaf dat niet het gebruikelijke literaire niveau had- volgens haar collega's die het desbetreffende boek kenden-. Ik had toen dus nog niet door dat het hier om de top drie van de meest verkochte boeken in Nederland ging. Ik was blijven hangen bij de garnalenkroket.
Toen ergens in oktober het tot mij doordrong dat het hier om de serie Vijftig tinten zwart, wit en grijs ging. Ik werd opeens geïnteresseerd. Waarom was de boekenbranche op zijn kop gezet? Indachtig de korte recensie van de jongste, was ik niet van plan om het boek zomaar te kopen. Omdat honderdduizenden inmiddels dat boek in bezit zouden moeten hebben, speurde ik eerst naar reviews onder mijn vriendenkring. Al gauw bleek dat alle mannen mij verwezen naar hun vrouw en dat alle vrouwen het boek niet gelezen hadden. Wel kenden ze weer iemand die het dan wel gelezen had, maar dat leverde onbetrouwbare kritieken op.
Totdat ik twee dagen geleden in gesprek met een op leeftijd zijnde vriendin kwam die het boek min of meer gratis had gekregen en het dus ook met alle gemak naar mij doorschoof. Sindsdien ben ik verloren. Het boek werpt me in een keer terug in mijn prille tienertijd, toen ik voor boeken nog afhankelijk was van de kerkbibliotheek. Ik verslond Vogeltje en huilde bij Vogeltje blijft zingen. Ik krijg slappe knieën bij zinnen waarin de hoofdpersoon zo nonchalant mogelijk een pluk haar achter haar oor schuift, ze het liefst opgekruld in een fauteuil kruipt of waarin ze zich uit haar jasje moet worstelen. De hoofdpersoon struikelt, sputtert, schraapt haar keel en wordt schor bij het zien van de koele, koude en klinische blik van haar tegenspeler. Ik heb inmiddels de tissues op tafel staan.
Goed, ik ben nog maar tweehonderdzevenendertig bladzijden opgeschoten en van veel seks is tot nog toe geen sprake. Wel voel ik de onmogelijke liefde aankomen tussen een naïef meisje met goede bedoelingen en weinig kansen ( Vogeltje) en een man die haar normaal gesproken niet zou zien ware het niet dat ze sputtert en struikelt (zoals in Vogeltje blijft zingen). Alle garnalenkroketten ten spijt; ik ga het uitlezen. En daarna kun je me opdweilen. Vermoed ik.
Lidwien Feld