Het is maar gelukkig dat mijn contacten zich in de vakantie beperkt tot de man des huizes en af en toe een kind. Ik ben bepaald niet het zonnetje in huis. Zachtjes uitgedrukt. Ik kijk met enig ongeloof naar al die blijmoedige toeristen in de stad A., die nergens last van schijnen te hebben. Zullen wel geen boek aanraken in de vakantie. Alleen de zomer Linda of de opgespaarde Autokampioens van afgelopen half jaar. En daar dan een beetje oppervlakkig doorheen bladeren. Ja, want mijn gemoedstoestand kan natuurlijk te maken hebben met het gapende gat van de zee aan vrije tijd dat mij aanstaart, maar in die oceaan van reflectie kwam ik vandaag tot het inzicht dat het te maken heeft met het boek . Ik ben mijn leesgedrag gaan veranderen. Waren zomermaanden in het verleden altijd goed voor een Deense detective of een pre- historische erotische roman; sinds twee jaar heb ik een nieuw oeuvre ontdekt. De biografen of geschiedschrijvers die met hun pen mij weten mee te voeren naar vervlogen tijden.
En dus maakt het eigenlijk niet uit of ik en waar ik op vakantie ben. Ik zit met mijn hoofd in een boek. Vorig jaar zat ik in Congo. Een langslepende tragedie. Achterlijke Belgen. Corrupte legerleiders. Machtsbeluste politici. En een fantastische schrijver die de historie optekende op een manier dat ik me een onderdeel voelde van dat ver weg liggende Afrikaanse land. En het nieuws dus blijf volgen over het nu en de toekomst van Congo. Buurland Rwanda is rebellen aan het opleiden die in Congo tegen het regeringsleger moeten vechten. L'histoire se répète.
Nu leg ik net een boek weg. Over de aanslag op Heydrich, de bedenker van de holocaust. 'Himmlers hersenen heten Heydrich' : afgekort tot het merkwaardige HhhH. Ik had het boek al langer en was er ook al in begonnen. Maar zonder vakantie te hebben een boek lezen is bij mij een bij voorbaat mislukte exercitie. Tegen beter weten in probeer ik het gedurende het werkende jaar wel. Met als gevolg dat de stapel boeken waar ik aan begonnen ben en niet uitgelezen heb groeit en mijn schuldgevoel daarover met de groeiende stapel navenant toeneemt. Maar zo gauw het werk mij niet meer in beslag neemt, pak ik uit de stapel de boeken die het verdienen om uitgelezen te worden een exemplaar en verlies ik me in het verhaal.
Het zal wel met de leeftijdsfase te maken hebben. Begrijpen waarom en hoe. Leren van en vooruit kijken naar. Maar komt vooral dus door de schrijvers. Geen dorre opsomming van feiten en cijfers, maar het ontvouwing van een visie op de geschiedenis. Over personen ( Bernard, de boef), over sociale instituties ( verbeteren in Veenhuizen), over landen en oorlogen. Vooral het laatste onderwerp fascineert me, maar, eerlijk toegegeven; het maakt het hier in huis er niet gezelliger op. Ik ben steeds geneigd verbijsterende passages aan de man des huizes voor te lezen, die beleefd me aanhoort, het ook heel erg vindt en dan weer verder werkt. Dus probeer ik in mijn eentje te verwerken hoe het zit met de motieven van 'de beul van Praag', met zijn vrouw die na zijn dood vergoelijkend over hem schrijft en zijn kinderen die nooit afstand hebben genomen van de verschrikkelijke misdaad van hun vader.
Ik ga opnieuw naar Duitsland. Op zoek naar het beschreven verleden. Maar verder maakt het niet uit dat ik daar ben. Mijn hoofd woont in een boek.
Lidwien Feld