De sluiting van onbewaakte spoorwegovergangen duurt veel langer dan verwacht. Zo beloofde ProRail twee jaar geleden nog dat de onbewaakte overwegen in Heiloo voor eind 2023 gesloten zouden worden. Maar de drie overwegen zijn pas in de loop van 2025 aan de beurt.
Sinds 2018 proberen ProRail, het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en gemeenten alle 180 openbare 'niet-actief bewaakte overwegen' (NABO's) te sluiten. Want, zo stellen de verschillende partijen: de overwegen zijn onveilig. Het aantal ongelukken op overwegen is de afgelopen jaren weliswaar gedaald, maar de meeste ongevallen op het spoor vinden nog steeds plaats op bewaakte en onbewaakte overwegen, schrijft de NRC. Waarom de sluiting niet eenvoudig is? Botsende belangen, juridische kwesties, onteigening en meer. Volgens ProRail is vertraging onvermijdelijk.
Bijna zes jaar geleden gebeurde bij een van de overwegen in het Heilooërbos een ernstig ongeluk. Een bestelbus kwam in botsing met een trein. De bezorgers hadden hun spullen afgeleverd aan de andere kant van het spoor, en dachten vermoedelijk bij terugkeer niet aan de onbewaakte overgang. De trein vernielde de bestelauto volledig. De twee inzittenden raakten slechts lichtgewond. Net als de machinist van de trein.
"Het is altijd dubbel", vertelt Harro Homan, regiodirecteur Randstad Noord van ProRail aan de NRC. "Er is regelmatig weerstand tegen het aanpakken van de NABO’s. Vanuit omwonenden, voor wie de overgang soms de enige manier is om hun huis of boerenland te bereiken, van natuur- en geschiedkundige organisaties, lokale overheden. Maar als er dan iets ernstigs gebeurt, vraagt iedereen zich af waarom die overgang niet al lang is gesloten."
Na zeker vijf jaar overleg, plannen maken en geld zoeken is er nu een voorstel voor de drie overwegen. Eén wordt gesloten, één krijgt een fietstunnel, en één een loopbrug. Voor de aanpak van de NABO’s hebben ProRail en het ministerie 194 miljoen euro beschikbaar. Dat is exclusief toegevoegd budget van provincies en gemeenten. In Heiloo komt volgens ProRail ook geld van het zogeheten Programma Hoogfrequent Spoor. Dat is landelijk beleid om het spoor in Nederland veel intensiever te gebruiken.