Uit het afstudeeronderzoek van master student Lotte Kaaij blijkt dat medewerkers in de Jeugdzorg in de regio Alkmaar sinds de zorgdecentralisaties van 1 januari 2015 merken dat er vooral veel onduidelijkheid heerst wat betreft de Jeugdzorg. De afschaffing van Bureau Jeugdzorg en de decentralisatie waren bedoeld om, naast 40% te bezuinigen, lokale zorg op maat mogelijk te maken.
Negen medewerkers uit de regio Alkmaar vertellen dat ouders vaak niet weten waar ze terecht kunnen voor hulp bij de opvoeding van hun kind. Zelfs medewerkers weten vaak niet waar naartoe door te verwijzen.
Er is vooral veel verwarring over het verschil tussen het Centrum voor Jeugd & Gezin, Veilig Thuis, de Raad voor Jeugdbescherming en de Raad voor Kinderbescherming.
Bovendien weten zowel managers als cliënten door de steeds veranderende regelgeving vanuit Den Haag vaak niet waar ze aan toe zijn wat betreft de indicaties van de cliënten. Intramurale psychische zorg kan zo abrupt afgebroken worden vanwege bezuiniging of omdat het kind niet meer onder de regio valt. Het wordt dan opeens ‘gezond’ verklaard, ondanks een chronische aandoening. Hierbij is de rechtszekerheid in het geding.
Een ander knelpunt is dat elke raadsperiode weer afsprakenmoeten worden gemaakt. Dit is gecompliceerd, kost tijd en instellingen moeten alles goed bijhouden.
Socioloog en bestuurskundige Kaaij adviseert in haar rapport meer duidelijke voorlichting aan ouders over de sociale kaart van Alkmaar te geven, ouders en kinderen één punt aanspreekpunt te bieden en lokale kleine gemeentes om meer samen te werken. Lokale zorg kan voordelen hebben zoals zorg op maat, maar nu is er het risico dat de plaats waar het kind wordt geboren bepaalt welke zorg het krijgt. "Dat moeten we niet willen".